Het weghalen en verwijderen van afvalstoffen gestort of achtergelaten op niet-reglementaire wijzen en/of plaatsen en/of tijdstippen veroorzaakt kosten voor de gemeente.
Deze beslissing wordt jaarlijks geïndexeerd als volgt:
basisbedrag 2021 x index september voorafgaand aan het belastingsjaar
index september 2020
De financiële toestand van de gemeente vereist dat diverse belastingen worden geheven waarbij een rechtmatige verdeling van de belastingdruk wordt nagestreefd.
De kosten voor recyclage, nuttige toepassing en verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen wegen zwaar door op de gemeentelijke financiën. Het principe “de vervuiler betaalt” vormt de basis van het gemeentelijk afvalbeleid. Overeenkomstig dit principe dienen de verwerkingskosten van de huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen verhaald te worden op de aanbieders ervan.
Op basis van gewicht en volume kunnen de volgens het reglement ‘gebruik afficheborden’ niet reglementair geplakte affiches beschouwd worden als ‘zeer klein afval’. Vanwege bijkomende kosten die verbonden zijn aan he verwijderen van niet reglementair geplakte affiches is voor deze categorie van afval evenwel een apart tarief van toepassing.
Artikel 1
Voor het aanslagjaar 2022 wordt er een belasting geheven op het weghalen en verwijderen van afvalstoffen gestort of achtergelaten op niet-reglementaire wijzen en/of plaatsen en/of tijdstippen. Niet reglementaire aangeplakte affiches worden in de geest van dit reglement als een vorm van sluikstorten beschouwd.
Artikel 2
De belasting is hoofdelijk verschuldigd door en de persoon die de afvalstoffen heeft gestort en/of achtergelaten op niet-reglementaire wijzen en/of plaatsen en/of tijdstippen en de persoon die opdracht of toelating gaf tot voormeld storten en achterlaten.
Artikel 3
De belasting wordt in de navolgende categorieën ingedeeld en als volgt vastgesteld:
Behoort het te verwijderen en/of weg te halen afval tot verschillende van de hierboven vermelde categorieën, dan is de duurste categorie van toepassing.
Artikel 4
De vestiging en de invordering van de belasting evenals de regeling van de geschillen ter zake gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invorderingen en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.